Onze wintertips
Voor u de weg opgaat:
- Stel u de vraag of de geplande rit echt nodig is. Elke niet gereden kilometer is immers een veilige (en milieuvriendelijke) kilometer.
- Als u toch de weg op moet, bereid uw rit dan tijdig voor. Check routeplanners en bouw marges in. Stress is een slechte copiloot!
Do
- Zet de airco op (nadat u uw voertuig heeft gestart) of zet aan weerszijden van uw auto de ramen open als de ruiten aangedampt zijn.
- Ervaar het gevaar. Test de gladheid van de rijbaan en de bijhorende gevaren voor uzelf, de andere weggebruikers, en uw voertuig. Zo bent u zich tijdens de rit bewust van de omstandigheden. Doe dit uiteraard enkel waar het op een veilige manier kan.
- Voorzie de juiste hulpmiddelen op de juiste plaats. Slotontdooier heeft weinig toegevoegde waarde als hij in de bevroren wagen ligt … Een ijskrabber en ruitenontdooier zijn evident, maar voorzie preventief een extra bus kant-en-klare ruitensproeier. Zo is er voldoende als u overvallen wordt door een onverwachte winterprik. Een paar matten om het wegrijden uit diepe sneeuw te vergemakkelijken, een schep, een veger en werkhandschoenen komen altijd van pas; vooral bij de wintersporters. Een (opgeladen) externe batterijlader voor de GSM zou wel eens een dierbare vriend kunnen worden als Murphy toeslaat!
- Probeer even de koplampen aan te zetten als u niet meteen kunt starten. Zo warmt de batterij op.
Don’t
- Warm water om ruiten te ontdooien: gebruik geen warm water om uw ruiten te ontdooien. Het (grote) temperatuurverschil kan uw ruit doen barsten. Wilt u toch water gebruiken, gebruik dan enkel lauw water.
- Gas geven bij het starten: geef geen gas bij het starten want dit verstoort het elektronisch injectie- en ontstekingsproces (bij moderne auto's).
Tot slot: check zeker ook de lokale verplichtingen in Europa als u naar het buitenland rijdt, meer informatie daarover vindt u op de websites van VAB, ANWB en Touring.
Meer tips vindt u hier en hier